Sudoku en het geheugen.
Voor grootouders is het belangrijk om het geheugen te blijven trainen. Maar hoe doe je dat? En voor welk soort geheugen is training belangrijk? Deskundigen houden ons voor dat je steeds nieuwe dingen moet blijven doen. Leer op oudere leeftijd piano spelen of een vreemde taal, zeggen ze. Dat gaat je lukken als je er maar voldoende tijd en aandacht in stopt. En af en toe een puzzeltje is ook niet verkeerd. Zeker als je daartoe wordt aangezet door een appje waarin je kleinkind trots zijn eerste sudoku laat zien. Niet zomaar een makkelijke uit een doordeweeks dagblad maar een moeilijke uit de weekendeditie van een kwaliteitskrant.
Welk geheugen zou door het maken van een sudoku worden aangesproken? Als we ons realiseren dat het geheugen door de hele hersenpan verspreid ligt dan lijkt het in ieder geval zinvol om het geheugen steeds te blijven benutten door actief te trainen. Sommige soorten herinneringen zijn echter aan bepaalde locaties en verbindingen in onze hersenen gebonden. Bij het oplossen van een sudoku is het belangrijk om voor een korte tijd van zoveel mogelijk cellen in het vierkant de mogelijke getallen te onthouden. Daardoor worden plekken in de hersenen die behoren bij het kortetermijn werkgeheugen geactiveerd.
Om steeds beter te worden in het oplossen van steeds moeilijker sudoku’s kun je je verdiepen in de achtergrond van de cijferpuzzel en in oplossingsstrategieën. Om die te begrijpen en voor langere tijd te onthouden en toe te passen wordt een ander geheugen ingezet. Dit expliciete langetermijngeheugen gebruikt weer andere specifieke hersengebieden en neurale verbindingen.
De grote wiskundige Leonard Euler (1707-1783) had al een voorloper van de getallenpuzzel bedacht. Een zogenoemd magisch vierkant gevuld met letters, het Latijnse vierkant. Via Frankrijk, waar de Latijnse letters vervangen werden door getallen, vond het vierkant van Euler een uitbreiding in Amerika. In de tachtiger jaren van de vorige eeuw kreeg de sudoku in Japan zijn huidige vorm en zijn naam. Steeds waren er mensen die de puzzels gingen oplossen met behulp van hun korte termijn geheugen. Anderen gebruikten andere geheugendelen om algoritmen te bedenken om sudoku’s te ontwerpen.
De toenemende populariteit van de puzzel trok de aandacht van cognitiewetenschappers. Zo vond Jeremy Grabbe aanwijzingen dat het oplossen van sudoku’s bijdraagt aan het op peil houden van het werkgeheugen bij ouderen (in zijn artikel “Sudoku and Working Memory Performance for Older Adults”). En wellicht meer dan dat; ook andere vormen van geheugen kunnen er baat bij hebben.
En zo draagt de magische band tussen kleinkind en grootouder, via het magische vierkant van Euler, bij aan het functioneren van het magische geheugen van oma en opa.